Eet zo min mogelijk suiker, snoep en zoetigheid. Het is slecht voor je gezondheid en het kan gaatjes in de tanden veroorzaken.

Vaste beugels

Een vaste beugel zit vast op je tanden en je draagt deze dus 24 uur per dag. Je hebt een vaste beugel nodig als je tanden scheef staan. De blokjesbeugel of slotjesbeugel is de meest bekende vaste beugel. Maar er zijn verschillende soorten vaste beugels met ieder een eigen functie.

Blokjesbeugel (brackets)

Bij de blokjesbeugel zijn er blokjes (brackets) op je tanden en kiezen geplakt. In de brackets wordt een metalen boogje geplaatst. In het begin van de behandeling is de metalen boog nog heel dun en elastisch. Je komt dan één keer in de 10 weken voor controle. Vanaf het moment dat bij jou een bepaalde dikte draad wordt geplaatst, kom je één keer in de 6 weken voor controle.

Op de blokjesbeugel plaatsen we soms een soort elastiek om spleetjes tussen je tanden of kiezen te sluiten.

Eten met een blokjesbeugel

Eet geen harde, taaie, of kleverige dingen, zoals noten, pinda’s, dropjes, kauwgum, toffees en stokbrood. De metalen boog kan daardoor verbuigen of breken. Ook kunnen de blokjes loskomen van de tanden. Snijd harde vruchten, zoals appels, in stukjes voordat je ze op eet.

TPA

De TPA (Transpalatal Arch) is een beugel waarmee de kiezen in de bovenkaak uit elkaar kunnen worden verplaatst. Er worden twee metalen bandjes om de bovenkiezen geplaatst. Tussen de twee bandjes loopt een metalen draad over je gehemelte. Daardoor wordt de boventandboog breder.

Eten met een tpa-beugel

Je mag geen frisdrank drinken. Daardoor kan de lijm van de bandjes oplossen.
Verder mag je geen taaie, of kleverige dingen eten, omdat de beugel daarvan kapot kan gaan.

Herbst

Met de Herbst-beugel kunnen we de overbeet terugbrengen. Je hebt een overbeet als er een afstand is tussen je boven- en ondertanden, wanneer je je kiezen op elkaar zet. De Herbst zorgt er ook voor dat de kiezen van de bovenkaak en de onderkaak goed in elkaar passen.

Je krijgt bandjes om 2 kiezen in de bovenkaak en 2 kiezen in de onderkaak. Zijdelingse stangetjes drukken de onderkaak naar voren. Deze stangetjes werken als een telescoop. Met deze beugel kun je je mond openen. Let goed op bij gapen of hele grote happen eten. Als je de mond te ver opent, dan kan de telescoop namelijk te ver uitschuiven en losraken.

Eten met een herbst-beugel

Je mag geen frisdrank drinken. Daardoor kan de lijm van de bandjes oplossen.
Verder mag je geen harde, taaie, of kleverige dingen eten, omdat de beugel daarvan kapot kan gaan.

Forsus

Een Forsus (intermaxillaire correctieveren) is bedoeld om de overbeet te verminderen en je kiezen goed op elkaar te laten passen. Deze beugel combineren we met de slotjesbeugel.

De veren van de Forsus zitten links en rechts in de bandjes die we om de grote kiezen hebben bevestigd. Verder zitten er metalen stangetjes aan de draad van de vaste beugel in de onderkaak. De veren oefenen druk uit op de stangetjes, waardoor de onderkaak naar voren wordt geduwd. De veren en stangetjes werken als een telescoop. Je kan zo je mond openen.

Eten met een Forsus-beugel

Je mag geen frisdrank drinken. Daardoor kan de lijm van de bandjes oplossen.
Verder mag je geen harde, taaie, of kleverige dingen eten, omdat de beugel daarvan kapot kan gaan.

Tonghek (tegen duimzuigen)

Door een tonghek kun je niet meer op je duim zuigen. Ook ga je daardoor anders slikken. Zo kan de open beet verdwijnen. Je hebt een open beet als er veel ruimte open blijft tussen je voortanden in de bovenkaak en onderkaak terwijl je je kiezen op elkaar zet.

Er worden twee metalen bandjes om de bovenkiezen geplaatst. Tussen de twee bandjes loopt een metalen draad over je gehemelte waaraan een soort hekje vastzit dat achter je voortanden zit.

eten met een tonghek

Je mag geen frisdrank drinken. Daardoor kan de lijm van de bandjes oplossen.
Verder moet je geen harde, taaie, of kleverige dingen eten, omdat de beugel daarvan kapot kan gaan.

Minischroef

De minischroef gebruiken we om bepaalde tanden of kiezen te verplaatsen. Dit gebeurt in combinatie met een blokjesbeugel.

Onder plaatselijke verdoving plaatsen we een schroefje in de onderkaak of bovenkaak. Aan het uiteinde van de minischroef kunnen we een elastiek of draad bevestigen om kracht op een van de tanden uit te oefenen.

eten met een minischroef

Eet geen harde, taaie, of kleverige dingen, zoals noten, pinda’s, dropjes, kauwgum, toffees en stokbrood. De minischroef kan daardoor stuk gaan. Snijd harde vruchten, zoals appels, in stukjes voordat je ze op eet.

Vaste beugel en tanden schoonmaken

Met een vaste beugel is het moeilijker om je tanden goed schoon te maken. Poets je tanden dus extra goed.

  • Poets je tanden ‘s ochtends, ‘s avonds en iedere keer dat je iets gegeten hebt. Neem dus een tandenborstel mee naar school of je werk.

  • Begin te poetsen aan de buitenkant van je tanden met het deel tussen tandvlees en het blokje. Hier zitten de meeste voedselresten. Zo voorkom je tandplak.

  • Daarna poets je de kauwvlakken en de binnenkant van je tanden. Uiteindelijk maak je met een tandenborstel of ragertje (klein borsteltje) de moeilijk bereikbare plaatsen schoon.

  • Controleer in de spiegel of alles goed schoon is.

  • Als je een recept voor fluoride-spoelmiddel hebt gekregen, gebruik je dit iedere avond na het tandenpoetsen.

Gevoelige tanden en lastig praten

Meestal zijn je tanden en kiezen gevoelig nadat de vaste beugel is geplaatst of bijgesteld. Ook kan de beugel in het begin je wangen, tong en mondbodem irriteren. Deze klachten gaan vanzelf over. In de tussentijd kun je de scherpe delen van de beugel bedekken met de was die je hebt meegekregen.
Worden de klachten na een paar dagen niet minder, neem dan contact op met de praktijk. Praten is in het begin lastig met sommige beugels. Door veel te oefenen gaat dit binnen een paar dagen beter.

Zorg goed voor je beugel

Welke beugel je ook draagt, het is belangrijk dat je er goed voor zorgt. Let dus op met wat je eet en drinkt en houd je beugel en je tanden schoon en fris.
Gaat er toch iets stuk aan je beugel? Neem dan tijdens openingstijden contact op met de praktijk.